Updates
De Landschapsboeren werken aan een toekomstbestendig landschap
Het landschap in Nederland staat onder druk. Allerlei flora en fauna verkeren in zwaar weer, met veel afname van soorten als gevolg. Grondeigenaren, waaronder agrariërs, kunnen een belangrijke rol vervullen wanneer het aankomt op biodiversiteitsherstel. Zij kunnen allerlei maatregelen treffen om hun gronden weer aantrekkelijk, veilig en leefbaar te maken voor insecten, vogels, andere dieren én planten. Maar, zo pleit coöperatie De Landschapsboeren, dan moeten de boeren hier wel op een juiste manier voor worden beloond.
De Landschapsboeren is een coöperatie van extensieve melkveehouders die zich inzet voor een gezonde sector en toekomstbestendig landschap. Frederiek van Lienen is één van de kartrekkers. Onderstaand artikel gaat dieper in op het doel en de werkwijze van De Landschapsboeren. Katja Zweerus, Stichting Deltaplan Biodiversiteitsherstel, sprak met Frederiek van Lienen over De Landschapsboeren, van uitdagingen en successen tot wat de toekomst voor de coöperatie in petto heeft.
Even voorstellen...
Frederiek van Lienen is in 2012 Biodiversity in Business (één van de supporters van het Deltaplan) gestart, een adviesbureau gericht op ondernemen met landschap, natuur en biodiversiteit. Met een focus op deze duurzaamheidsthema’s ontwikkelt het bureau transitie-instrumenten voor bedrijven, zodat zij landschap, natuur en biodiversiteit mee kunnen nemen in hun bedrijfsvoering. “Het thema biodiversiteitsverlies staat tegenwoordig vaak al wel op de duurzaamheidsagenda”, vertelt Frederiek van Lienen, “maar het blijft lastig voor bedrijven om er handen en voeten aan te geven.” Enkele voorbeelden van instrumenten zijn duurzame pachtafspraken, de organisatie van financieringstafels voor boeren die in transitie willen, een leidraad voor natuurinclusief boeren, een groene verzekering voor akkerbouwers die willen verduurzamen, noem maar op. “Coöperatie De Landschapsboeren is een initiatief van 10 extensieve melkveehouders waarmee wij werken aan het verwaarden van landschapsdiensten die boeren vervullen op hun grond voor natuur en biodiversiteit”, zegt Frederiek van Lienen tijdens het interview.
Bron: De Landschapsboeren
Wanneer werd coöperatie De Landschapsboeren gestart?
Op dit moment bestaat coöperatie De Landschapsboeren uit tien extensieve melkveehouders uit Brabant die gezamenlijk zo’n 700 hectare grond beheren. De voorzitter, Jack Verhulst, wilde meer naar buiten brengen wat hijzelf en de andere melkveehouders al deden op deze thema’s, en wilde daar ook een verdienmodel voor maken. Twee jaar geleden kreeg hij daarvoor steun vanuit de provincie, en kwam bij Biodiversity in Business terecht. Frederiek van Lienen: “Toen is de coöperatie opgericht en zijn we aan de slag gegaan met de ontwikkeling van landschapscertificaten.”
Wie zijn 'De Landschapsboeren' en wat doen jullie precies?
De coöperatie heeft een benchmark opgezet om inzichtelijk te maken welke maatschappelijke diensten zij leveren. In onderstaande tabel staan de ambities van de deelnemende Landschapsboeren ten opzichte van die van gangbare bedrijven. Enkele van deze gegevens zijn inmiddels iets verouderd, maar het geeft alsnog een beeld van waar de Landschapsboeren voor gaan en staan.
Bron: De Landschapsboeren
“De ambitie begint bij een hele extensieve bedrijfsvoering”, laat Frederiek van Lienen weten. “Om jezelf landschapsboer te mogen noemen”, gaat ze verder, “mag je om te beginnen niet meer dan 12 duizend liter melk per hectare per jaar produceren.” In de tabel is te zien dat dit aanzienlijk lager ligt dan de ruim 21 duizend liter melk per hectare per jaar bij gangbare melkveehouderijen. Verder zijn er hele ruime beweidingsnormen – meer dan 1500 uur per jaar, en andere doelen gaan over ammoniakuitstoot, stikstofoverschot, geen gebruik van kunstmest, agrarisch natuur- en landschapsbeheer, etc. “Al deze indicatoren zijn gebenchmarkt ten opzichte van de gemiddelden van het gangbare melkveebedrijf in Brabant, en dan zie je dat De Landschapsboeren een hele positieve maatschappelijke bijdrage leveren door hun manier van werken”, aldus Frederiek van Lienen.
De Landschapsboeren scoren hoger dan gangbare bedrijven. Wat doen jullie vervolgens met deze score?
“Met deze set van indicatoren hebben we vervolgens de economische waarde berekend”, laat Frederiek van Lienen weten. Dit is gedaan met de ‘True Value’ methodiek, die Biodiversity in Business heeft ontwikkeld in samenwerking met WecR, het Louis Bolk Instituut, CE Delft en het RIVM. “Het is eigenlijk het omgekeerde van true pricing, wat gaat over de kosten van het niet-duurzame. True Value beloont de duurzame oplossing en is dus veel stimulerender", vertelt ze. In de True Value Methodiek wordt gekeken naar wat het een boer kost om de groene ambities te realiseren, wat daarmee de vermeden maatschappelijke kosten zijn en wat de boeren met hun alternatieve maatregelen positief bijdragen aan ecosystemen. “Maar aanvullend aan de True Pricing methodiek is de regeneratieve en ecologische (meer)waarde die bij True Value heel belangrijk is,” vertelt Frederiek van Lienen. “Volgens onze eerste berekeningen vertegenwoordigen de landschapsdiensten een economische waarde van 1234 euro per hectare per jaar. Dat hebben we vervolgens omgezet in landschapscertificaten, met een waarde van 1500 euro waarin een marge voor het opzetten van de certificaten en het organiseren van de coöperatie is meegenomen.”